Betekenis stom
stom Uitspraak: [ stɔm ] 1) als je dom bent of doet, of als iets daar blijk van geeft Voorbeeld: 'een stomme fout' Synoniem: imbeciel (2) 2) als iets of iemand saai of vervelend is Voorbeelden: 'stomme verhaaltjes', 'stom werk' 3) als je niet kunt praten, of als er niet hoorbaar gesproken wo. Bekijk de betekenis van stom, uitgelegd met behulp van 5 definities, diverse voorbeeldzinnen en synoniemen. Betekenis stom stom (bijvoeglijk naamwoord, bijwoord; vergrotende trap: stommer, overtreffende trap: stomst) 1 niet in staat om te spreken: een stomme film geen geluidsfilm 2 niet uitgesproken: (taalkunde) een stomme letter 3 dom: een stomme fout ¶ stom toeval waarop in het geheel niet te rekenen viel.
Stom definitie
Uitspraak: [ stɔm ] 1) als je dom bent of doet, of als iets daar blijk van geeft Voorbeeld: 'een stomme fout' Synoniem: imbeciel (2) 2) als iets of iemand saai of vervelend is Voorbeelden: 'stomme verhaaltjes', 'stom werk' 3) als je niet kunt praten, of als er niet hoorbaar gesproken wo. stom (bijvoeglijk naamwoord, bijwoord; vergrotende trap: stommer, overtreffende trap: stomst) 1 niet in staat om te spreken: een stomme film geen geluidsfilm 2 niet uitgesproken: (taalkunde) een stomme letter 3 dom: een stomme fout ¶ stom toeval waarop in het geheel niet te rekenen viel.Stom definitie Bekijk de betekenis van stom, uitgelegd met behulp van 5 definities, diverse voorbeeldzinnen en synoniemen.
Synoniem stom
Stom wijst op een aangeboren gebrek; een stom kind; of wel op het natuurlijk onvermogen om te spreken: het stomme vee. stom Uitspraak: [ stɔm ] 1) als je dom bent of doet, of als iets daar blijk van geeft Voorbeeld: 'een stomme fout' Synoniem: imbeciel (2) 2) als iets of iemand saai of vervelend is Voorbeelden: 'stomme verhaaltjes', 'stom werk' 3) als je niet kunt praten, of als er niet hoorbaar gesproken wo.- Synoniem stom Woorden die ongeveer hetzelfde betekenen als STOM, tegenovergestelde van STOM, algemenere en specifiekere woorden voor STOM en woorden die lijken op STOM.
Sprakeloos betekenis
1) •niet kunnende spreken. (2) wie niet kan praten van verbazing vb: ik was sprakeloos toen hij van zijn plannen vertelde (3) 1) Als door de bliksem. Byvoeglike naamwoord: sprakeloos Vergrotende trap: sprakeloser Oortreffende trap: sprakeloosste Attributief: sprakelose Betekenis: • Wat nie kan praat nie, meestal figuurlik, stom van verbasing of ontsteltenis. Gebruik: • Ek was stom en sprakeloos, ek het geswyg, nie gepraat nie, maar my smart het al hoe groter geword. [Psalms ].Sprakeloos betekenis sprakeloos (comparative sprakelozer, superlative meest sprakeloos or sprakeloost) speechless, at a loss for words.